4min Zorg

Data benutten voor passende wijkverpleging

Data benutten voor passende wijkverpleging

Dagelijks registreren wijkverpleegkundigen gegevens over hun cliënten en de handelingen die ze bij die cliënten verrichten. Een schat aan informatie, maar die blijft nog onbenut om de effecten van de handelingen te meten en de zorg beter toe te spitsen op de behoefte van de cliënt. Het onderzoeksprogramma Data Nurse brengt daar verandering in. Twee promovendi onderzoeken hoe de data gebruikt kunnen worden om de zelfredzaamheid van met name oudere cliënten te vergroten.

Antwoorden zoeken

Om te bedenken hoe het anders kan, is het belangrijk om te weten wat verpleegkundigen doen en wat het effect is. En hoe bijvoorbeeld de inzet van technologie kan bijdragen aan de eigen regie van de cliënt. 80 procent van de organisaties die wijkverpleging bieden, gebruikt het Omaha System om de zorg te registreren. Promovendus Jeroen Bakker: “Er worden veel gegevens geregistreerd, maar er komt weinig zorginhoudelijk informatie terug naar de wijkverpleegkundige. We onderzoeken hoe we deze data kunnen gebruiken om samen beslissen te stimuleren en de zelfredzaamheid van ouderen te versterken.”
Het onderzoek wordt begeleid door Nienke Bleijenberg, lector aan de Hogeschool Utrecht en Associate Professor Nursing Science bij het UMC Utrecht. Het wordt uitgevoerd door een consortium van Hogeschool Utrecht, Amsterdam UMC, Vilans en Omaha System Support. Daarnaast werken 6 zorgorganisaties mee met in totaal 6000 zorgprofessionals en 50.000 cliënten die wijkverpleging ontvangen.

Inge Borghuis is bestuurder van Amstelring, een van de zorgorganisaties die meedoen aan het onderzoek. “Het is mooi dat bijna alle aanbieders van wijkverpleging hetzelfde systeem gebruiken. Nu is het tijd voor de volgende stap: de data gebruiken om een beeld te krijgen van wat we doen, wat werkt en wat niet werkt, en hoe dat bijdraagt aan zelfredzaamheid van cliënten.”

Leren van data

In de eerste fase van het onderzoek hebben de promovendi vooral onderzocht wat ouderen en verpleegkundigen verstaan onder ‘zelfredzaamheid’. De tweede fase bestaat uit het leren van zorginhoudelijke data en het ontwikkelen van een dashboard. Aandachtspunt hierbij is dat niet alle organisaties op dezelfde manier informatie vastleggen. Een training voor wijkteams moet bijdragen aan uniforme registratie, waardoor de gegevens betrouwbaarder en vergelijkbaar worden.
Het onderzoek moet onder meer inzicht bieden in de effecten van interventies, zowel op individueel niveau als op groepsniveau. Vervolgens kunnen dan verklaringen gezocht worden voor bijvoorbeeld verschillen in zorgvraag bij cliënten met dezelfde aandoening. En kunnen verschillen tussen aanbieders geanalyseerd worden. Daarnaast ontwikkelen de onderzoekers handvatten voor hun collega-wijkverpleegkundigen voor samen beslissen met cliënten en het stellen van zelfredzaamheidsdoelen.

Oudere kan zelf wond verzorgen

Jeroen Bakker noemt uit zijn eigen werkpraktijk enkele voorbeelden van pogingen om de zelfredzaamheid te vergroten. “Ik zag hoe cliënten na een oogbehandeling drie weken thuis gedruppeld werden voordat ze een bril kregen waarmee ze zelf konden druppelen. Die bril kun je ook na twee dagen introduceren. En een cliënt van 88 bleek met een beetje hulp en instructie goed in staat om zelf zijn wond te verzorgen, met ons als coach.”
Toch zullen er soms lastige gesprekken nodig zijn, verwacht bestuurder Inge Borghuis. “Het vraagt een omslag van verpleegkundigen om mensen meer in hun kracht te zetten. Je moet soms het dossier opnieuw op tafel leggen en kijken wat een cliënt zelf kan doen, wat een mantelzorger kan overnemen, wat we kunnen doen met beeldzorg of zorgtechnologie. Dat betekent ook dat de wijkverpleegkundige minder vaak langskomt. Terwijl dat bezoekje voor veel mensen ook een grote sociale waarde heeft.”

Zelfredzaamheid geeft zelfvertrouwen

Je moet de verwachtingen goed managen en nut en noodzaak van zorg bespreekbaar maken, vindt Sigrid Wulfse. Tegelijk ziet zij dat cliënten kunnen opbloeien als ze zelfredzamer worden. “Het is niet leuk om afhankelijk te zijn. Als je meer zelf kunt doen, zelf je leven kunt vormgeven, geeft dat zelfvertrouwen. Mensen die zelf hun boodschappen doen, zijn ook fitter.”
“Ouderen hebben vaak chronische aandoeningen”, vervolgt Wulfse. “Hun doelen zijn persoonlijk en meestal gericht op kwaliteit van leven. Het is belangrijk om deze doelen uit te vragen. We ontwikkelen als deel van het onderzoek een Doelgericht Samen Beslissen-tool voor de wijkverpleging. Hierbij bouwen we voort op eerdere tools van onder andere Vilans. Het vernieuwende van DataNurse is dat deze tool omgezet wordt voor de wijkverpleging en dat doelen van ouderen centraal staan, in plaats van alleen ziekte-uitkomsten.”

Handvatten voor passende wijkverpleging

Data Nurse is in 2022 gestart met financiering van ZonMw en heeft een looptijd van 4 jaar. De onderzoekers hopen dan beter te begrijpen hoe de zelfredzaamheid van met name oudere cliënten vergroot kan worden. En dat data uit de zorgdossiers professionals inzicht kan geven in zelfredzaamheid zodat zij handvatten hebben om samen met de cliënt doelen te stellen en passende wijkverpleging te kunnen bieden.