Capgemini is geselecteerd voor de coördinatie van het ‘Next Generation IoT’-project. Dit maakt deel uit van het ‘Next Generation Internet’ (NGI)-initiatief van de Europese Commissie. Het project beoogt het internet opnieuw uit te vinden en vorm te geven voor het derde millennium en verder. Het project, genaamd IoT- NGIN, wil Europeanen in staat te stellen op een veilige manier de mogelijkheden van het Internet of Things (IoT) te benutten.
19 verschillende partners
Het onderzoeks- en innovatieprogramma Horizon 2020 van de Europese Unie financiert IoT- NGIN voor een bedrag van 8 miljoen euro. Aan het project zijn 19 partners verbonden uit het bedrijfsleven en de wereld van het wetenschappelijk en academisch onderzoek. Het project loopt tot september 2023.
Living Labs
IoT is door de Europese Commissie aangewezen als een van de technologieën die in de voorhoede staan van de digitale transformatie van de economie. Dit, met een positieve impact op zowel burgers als bedrijven in Europa. Om een Europees IoT van de volgende generatie op te bouwen, werkt Capgemini samen met partners uit de industrie, onderzoekscentra, gespecialiseerde kleine en middelgrote ondernemingen met Living Labs aan innovatieve onderzoeksconcepten.
Geavanceerde technologie
Om op Europees niveau een interoperabele IoT-basis te creëren en de veiligheid en privacy van gegevens van verbonden objecten te waarborgen, vertrouwt het IoT-NGIN-project op innovatie. Dit naast geavanceerde technologieën zoals blockchain, autonome Machine to Machine (M2M)-communicatie, 5G-communicatieoptimalisatie, kunstmatige intelligentie en veilige Edge cloud.
Ook verantwoordelijk voor communicatie
Capgemini is ook verantwoordelijk voor de communicatie over het project. En voor het promoten van de resultaten ervan bij alle belanghebbenden in de IoT-gemeenschap. Met deze nieuwe samenwerking zet Capgemini de ondersteuning van de Europese Commissie voort, die in 2019 begon met het PHOENIX-project, gericht op oplossingen voor de veiligheid van energie-infrastructuren in Europa.
Dit project werd gefinancierd door het onderzoeks- en innovatieprogramma Horizon2020 van de Europese Unie onder subsidieovereenkomst N°957246.