De populaire berichtendienst WhatsApp is vanaf nu verboden op alle apparaten die eigendom zijn van het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden. Dat blijkt uit een interne memo die maandag aan alle medewerkers werd verstuurd. De maatregel is genomen op advies van het Office of Cybersecurity, dat WhatsApp als een ‘hoog risico’ bestempelt vanwege gebrekkige transparantie over gegevensbescherming, het ontbreken van versleuteling van opgeslagen data en andere potentiële veiligheidsproblemen.
De memo is afkomstig van de Chief Administrative Officer van het Huis en roept medewerkers op om alternatieve berichtenapps te gebruiken. Onder de aangeraden opties bevinden zich onder meer Microsoft Teams, Amazon Wickr, Signal, Apple iMessage en FaceTime.
Gegevensbescherming
Meta Platforms, het moederbedrijf van WhatsApp, heeft fel gereageerd op het besluit. Een woordvoerder van het bedrijf verklaarde dat WhatsApp “een hoger beveiligingsniveau biedt dan de goedgekeurde alternatieven” en sprak zich “in de sterkst mogelijke bewoordingen” uit tegen het verbod. WhatsApp benadrukt end-to-end encryptie als een van haar belangrijkste beveiligingskenmerken.
Bezorgdheid
Toch lijkt de bezorgdheid over mogelijke spionage en datalekken zwaarder te wegen voor het Huis van Afgevaardigden. In januari werd bekend dat het Israëlische spywarebedrijf Paragon Solutions tientallen WhatsApp-gebruikers had aangevallen, waaronder journalisten en leden van het maatschappelijk middenveld. Hoewel WhatsApp zich fel verzette tegen dergelijke praktijken, versterkten deze incidenten de twijfel over de veiligheid van het platform.
Het is niet de eerste keer dat het Amerikaanse parlement optreedt tegen populaire apps. In 2022 werd TikTok al verboden op overheidsapparaten wegens zorgen over Chinese datatoegang.
Gevolgen
De beslissing benadrukt opnieuw de groeiende kloof tussen technologiebedrijven en overheidsinstellingen als het gaat om gegevensbescherming, transparantie en vertrouwen. De ban op WhatsApp zal ongetwijfeld gevolgen hebben voor de communicatie binnen het Congres en mogelijk ook voor andere overheidsdiensten. Of andere instellingen dit voorbeeld zullen volgen, valt nog te bezien.