In Nederlandse ziekenhuizen wordt gewerkt aan een technologische doorbraak die de zorg voor de allerkleinsten ingrijpend kan veranderen. Onderzoekers van het Máxima MC en de Technische Universiteit Eindhoven hebben een kunstmatig-intelligent model ontwikkeld dat tot zes uur vóór de eerste symptomen kan voorspellen of te vroeg geboren baby’s een ernstige infectie zullen ontwikkelen. Op de neonatale intensive care (NICU), waar elke seconde telt, kan zo’n vroege waarschuwing levens redden.
De allerkleinsten
Voor hun onderzoek testten de betrokken wetenschappers twee verschillende voorspellende modellen, samen met collega’s van het Erasmus MC Sophia Kinderziekenhuis en een universitair ziekenhuis in de Verenigde Staten.
Het eerste model maakte gebruik van meerdere lichaamsfuncties, variërend van hartslag tot ademhaling en beweging. Het tweede model, gebaseerd op deep learning, beperkte zich uitsluitend tot de hartslagintervallen (RR-intervallen).
Deep learning-model
De uitkomst was opvallend: het deep learning-model presteerde het beste in het Máxima MC, het ziekenhuis waar het is ontwikkeld. In andere ziekenhuizen nam de nauwkeurigheid af, vooral door verschillen in apparatuur, patiëntpopulaties en werkwijzen. Toch was het model dat alleen hartslagintervallen gebruikte het meest robuust en bleef het relatief goed presteren. Dat suggereert dat juist minder complexe, meer gestandaardiseerde signalen het beste bestand zijn tegen variatie tussen ziekenhuizen.
Oproep tot standaardisatie
De bevindingen onderstrepen hoe belangrijk het is dat ziekenhuizen op vergelijkbare manieren meten, registreren en samenwerken. Het ontbreken van uniforme protocollen en gestroomlijnde data-uitwisseling vormt een barrière voor AI-modellen die juist moeten floreren op grote, diverse datasets.
De onderzoekers benadrukken dat pas wanneer ziekenhuizen hun data breder kunnen delen — zowel nationaal als internationaal — voorspellende modellen kunnen worden ontwikkeld die overal betrouwbaar functioneren. Zonder standaardisatie blijft accuratesse afhankelijk van locatie en apparatuur, en dat beperkt de inzet van AI op grote schaal.
Onderdeel bredere innovatiegolf
Het onderzoek maakt deel uit van het Eindhoven MedTech Innovation Center (e/MTIC), waarin Máxima MC, TU/e, Philips, Catharina Ziekenhuis en Kempenhaeghe intensief samenwerken. Binnen dit samenwerkingsverband loopt onder meer het HASTA-project, dat zich richt op het verbeteren van zorg voor kwetsbare pasgeborenen door technologische innovatie. Dankzij financiering van onder andere het Universiteitsfonds Eindhoven, Nemo Healthcare en Holland High Tech | TKI HSTM kon onderzoeker Zheng Peng het model ook testen in Rotterdam en de Verenigde Staten.
De impact
Wat deze ontwikkelingen gemeen hebben, is dat ze de zorg voor prematuren minder reactief en meer voorspellend maken. Hoe eerder medisch personeel kan ingrijpen, hoe groter de kans dat langdurige complicaties — of erger — worden voorkomen. AI lijkt daarmee een onmisbare rol te gaan spelen op de NICU: niet als vervanger van artsen, maar als extra paar ogen dat voortdurend meedenkt.