De race naar AI-dominantie gaat ten koste van verantwoorde en ethische AI, gebaseerd op principes als betrouwbaarheid, uitlegbaarheid en mensgerichtheid. Dat concludeert SURF in het Tech Trends 2026-rapport, waarin de organisatie waarschuwt dat de wedloop tussen tech-giganten en overheden de fundamenten van verantwoorde AI ondermijnt.
Terwijl tech-giganten elkaar beconcurreren op AI, verdwijnen de principes waar het allemaal op zou moeten draaien naar de achtergrond. “De AI-race gaat ten koste van verantwoorde AI,” stelt het rapport. “Principes als betrouwbaarheid, uitlegbaarheid en mensgerichtheid verdwijnen naar de achtergrond.” Die spanning tussen innovatie en verantwoordelijkheid wordt nergens zo duidelijk als in het onderwijs en onderzoek. AI is daar uitgegroeid tot een systeemtechnologie die alle andere ontwikkelingen doordringt.
In het SURF Tech Trends 2026-rapport brengt SURF meer dan dertig professionals van twintig instellingen samen om de technologische toekomst te duiden. De conclusie is helder: AI is niet langer een losstaande trend, maar de onzichtbare motor achter vrijwel elke innovatie. En die motor draait steeds harder, met alle gevolgen van dien.
Geopolitiek
Studenten, docenten en onderzoekers werken dagelijks met AI-tools als ChatGPT, Microsoft Copilot en Google Gemini. Die tools zijn inmiddels zo diep geïntegreerd in de workflow dat ze onmisbaar lijken. Maar wie bepaalt hoe ze werken? En op basis van welke waarden?
Die vragen worden steeds urgenter. AI verandert niet alleen de manier waarop we leren en onderzoeken, maar ook hoe we data beheren, hoe we cybersecurity aanpakken en zelfs hoe we immersive technologies als virtual reality inzetten. Gül Akcaova, lead Futurist bij SURF, trekt daaruit een heldere conclusie: “AI heeft een significante impact op alle trends. Daarom beschouwen we AI als systeemtechnologie.” Dat maakt de vraag naar verantwoordelijkheid des te belangrijker.
De race wordt niet alleen gevoerd door bedrijven, maar ook door landen. De VS, China en Singapore strijden om de technologische voorsprong, en dat heeft gevolgen voor de rest van de wereld. Het rapport wijst erop dat geopolitieke belangen de ontwikkeling van AI steeds meer bepalen. Nationale veiligheid en economische competitie krijgen voorrang op transparantie en ethiek. Grote techbedrijven ontmantelen hun ethische adviesraden en ontslaan medewerkers die zich bezighouden met verantwoorde AI. Het is een ontwikkeling die het rapport met zorg signaleert.
Europa probeert een tegenwicht te vormen. De EU-wetgeving, zoals de AI Act, is gebouwd op risicobeheer, transparantie en mensenrechten. Het is de meest verregaande regelgeving ter wereld, maar toch blijft de vraag of regelgeving alleen voldoende is. Het rapport noemt initiatieven als GPT-NL, openeurollm.eu en swiss-ai.org als voorbeelden van Europese alternatieven die publieke waarden centraal stellen. Die projecten zijn klein, maar ze tonen dat een andere koers mogelijk is.
Betaalbare AI
Terwijl de geopolitieke strijd woedt en ethiek onder druk staat, drijft nog een andere kracht de AI-ontwikkeling: de drang naar efficiëntie. Het rapport signaleert een sterke focus op “meer doen met minder” in technologieën. Die drang manifesteert zich in de verschuiving van grote, logge taalmodellen naar kleinere, gespecialiseerde Small Language Models (SLMs). Die modellen kunnen lokaal draaien op apparaten, wat voordelen biedt voor privacy en snelheid. Vergelijk het met een slimme thermostaat die leert van je gedrag zonder elke interactie naar een server te sturen.
Voor onderwijsinstellingen kan dat operationele voordelen opleveren. Administratieve taken kunnen worden geautomatiseerd, en studenten kunnen gepersonaliseerde leerpaden krijgen zonder dat hun data de campus verlaat. Maar er zit een addertje onder het gras. De betaalbaarheid van de benodigde apparaten en de vereiste infrastructuur-upgrades kunnen de digitale kloof vergroten. Niet iedereen beschikt immers over de nieuwste smartphone of laptop die krachtig genoeg is voor lokale AI-toepassingen. Het rapport waarschuwt dat instellingen proactief moeten investeren om te voorkomen dat technologie de ongelijkheid vergroot in plaats van verkleint.
Digitale vaardigheden
De toegankelijkheid van AI-tools heeft een keerzijde. Het rapport wijst op het potentieel voor misbruik: geautomatiseerd spieken, geavanceerde phishing-aanvallen en overtuigende deepfakes. Akcaova stelt in het rapport: “Er is meer aandacht nodig voor digitale vaardigheden om de digitale transformatie te navigeren, met name op het gebied van cybersecurity.”
Een van de grootste barrières is het gebrek aan kennis over prompt engineering. Veel gebruikers weten simpelweg niet hoe ze een AI-model de juiste vragen moeten stellen om de gewenste output te krijgen. Dat klinkt wellicht als een detail, maar het is cruciaal. Als studenten en docenten niet weten hoe ze AI effectief en veilig kunnen inzetten, dan blijft de technologie een black box. En een black box is moeilijk te vertrouwen.
Bovendien worden de AI-systemen zelf een doelwit. Het beveiligen van de AI-pijplijn, van data-invoer tot model-output, is een nieuwe, belangrijke taak voor IT-afdelingen. Het rapport signaleert dat AI-tools zowel kunnen beschermen als bedreigen. Ze kunnen afwijkingen detecteren en aanvallen voorkomen, maar ze kunnen ook worden ingezet voor kwaadaardige doeleinden. Die dubbelzinnigheid maakt het des te belangrijker dat onderwijs en onderzoek investeren in kennis en bewustzijn.
Handelingsperspectief
Het SURF Tech Trends 2026-rapport is geen doemscenario, maar een oproep tot actie. De digitale transformatie biedt ongekende mogelijkheden voor onderwijs en onderzoek, maar de weg vooruit is bezaaid met uitdagingen. De centrale spanning tussen innovatie en verantwoordelijkheid is reëel, en ze vraagt om bewuste keuzes. Instellingen moeten investeren in technologie, maar vooral in de mensen die ermee werken. Digitale vaardigheden, bewustzijn van risico’s en een sterke focus op publieke waarden zijn essentieel.
Europa heeft met de AI Act en initiatieven als GPT-NL laten zien dat een andere koers mogelijk is. Het is zaak om die koers te blijven varen, ook als de rest van de wereld een andere richting kiest. Want als het puntje bij paaltje komt, gaat het niet om wie het snelst is, maar om wie de technologie bouwt die we daadwerkelijk willen. En die technologie moet betrouwbaar, uitlegbaar en mensgericht zijn.